Veel te winnen met bestuurlijke aanpak van arbeidsuitbuiting
Marco Smits
Arbeidsinspecteur Inspectie SZW
Een bedrijfsleider van een uitzendbureau komt met zes Bulgaren bij de gemeente en die moeten allemaal ingeschreven worden. Het adres? Het kantoor van het uitzendbureau op een industrieterrein.
‘Als toezichthouder mag je op heel veel plaatsen de wet controleren’
Marco Smits, al vijftien jaar Arbeidsinspecteur bij de Inspectie SZW, komt in zijn werk van alles tegen. ‘Het gaat wel om mensen, denk ik dan.’ Smits merkt dat de groeiende aandacht voor arbeidsuitbuiting vruchten begint af te werpen. Gemeenten zijn alerter, hebben meer kennis over signalen van arbeidsuitbuiting. De vele partijen ‘in de keten’ weten elkaar steeds beter te vinden.
De uitbraak van het coronavirus heeft Nederland nog eens hard met de neus op de feiten gedrukt en allerlei misstanden blootgelegd. Smits: ‘Arbeidsmigranten raken door corona niet alleen hun werk maar vaak ook hun onderkomen kwijt. Daar maak ik me zorgen over. De tijdelijke arbeidscontracten worden soms geantidateerd, waardoor ze van de ene op de andere dag geen werk meer hebben en geen recht hebben op een uitkering.’
Uitbuiting komt in alle sectoren voor, zegt hij. ‘Voor strafrechtelijk onderzoek moet je een sterke indicatie hebben dat strafvervolging ook daadwerkelijk mogelijk is. Maar met de bestuurlijke aanpak, als toezichthouder mag je op heel veel plaatsen in Nederland de wet controleren.’ De Inspectie SZW richt zich daarom de afgelopen jaren steeds meer op die bestuurlijke aanpak van uitbuiting én ernstige benadeling. De afgelopen drie jaar is het projecteam van Smits uitgebreid van vier naar negentien inspecteurs. Met meer controles als gevolg.
Brede controles
De inspecteurs van SZW sluiten vaak aan bij brede gemeentelijke controles, waarbij ze samen met politie en andere toezichthouders op pad gaan. Zo was Smits bij een grote huisvestingcontrole in de gemeente Zaanstad. In een eengezinswoning troffen we negen Bulgaren en een Turk aan. Volgens het BRP stonden er twee mensen ingeschreven.’ Een rechtstreeks gevolg van de RNI-problematiek; arbeidsmigranten kunnen zich bij de 19 RNI-balies in Nederland voor vier maanden inschrijven en hoeven geen adres in Nederland op te geven. Uitschrijven gebeurt zelden. Van de 2,3 miljoen ingeschreven migranten is niet duidelijk waar ze zijn. Smits: ‘De druk om dit te veranderen neemt gelukkig ook vanuit de politiek toe.’
‘Er zijn patrons die driehonderd euro per maand voor een oud matras vragen’
Tijdens zo’n gemeentelijke controle probeert Smits te achterhalen waar de bewoners werken, hoeveel uren ze maken en wat ze betaald krijgen. ‘Soms willen ze dat niet zeggen en dan schrijf ik het minimumuurloon op en laat dat zien. Zit het daaronder? Dan is het misschien toch goed om met me te praten.’ De angst bij arbeidsmigranten is vaak groot. ‘Ik probeer ze altijd uit te leggen dat er ik voor hen ben. We zijn in Nederland, hier gelden de Nederlandse wetten en regels. Er zijn patrons die driehonderd euro per maand voor een oud matras vragen en die werknemers verplichten om bij hen boodschappen te doen. Tandenpasta voor belachelijke prijzen.’
Onderpand
Het gebeurt volgens Smits ook steeds vaker dat arbeidsmigranten hun identiteitsdocumenten moeten inleveren bij de uitzendbureaus voordat ze aan het werk worden gezet. ‘Dat zou nodig zijn voor het opmaken van de arbeidscontracten. In werkelijkheid worden deze ID-documenten achtergehouden zodat ze kunnen dienen als onderpand.’
De kosten van de reis vanuit het thuisland wordt vaak voorgeschoten door de werkgever of bemiddelaar en moeten na aankomst in Nederland eerst terug worden verdiend. ‘Het wordt ook als dwangmiddel ingezet om te voorkomen dat ze – wanneer het vieze of zware werk niet bevalt – meteen weer terug naar huis keren. Dit soort praktijken zijn absoluut niet toegestaan, maar zo worden mensen helemaal afhankelijk gemaakt.’
Van vier naar negentien inspecteurs
Veel te winnen met bestuurlijke aanpak van arbeidsuitbuiting
Marco Smits
Arbeidsinspecteur Inspectie SZW
Een bedrijfsleider van een uitzendbureau komt met zes Bulgaren bij de gemeente en die moeten allemaal ingeschreven worden. Het adres? Het kantoor van het uitzendbureau op een industrieterrein.
Marco Smits, al vijftien jaar Arbeidsinspecteur bij de Inspectie SZW, komt in zijn werk van alles tegen. ‘Het gaat wel om mensen, denk ik dan.’ Smits merkt dat de groeiende aandacht voor arbeidsuitbuiting vruchten begint af te werpen. Gemeenten zijn alerter, hebben meer kennis over signalen van arbeidsuitbuiting. De vele partijen ‘in de keten’ weten elkaar steeds beter te vinden.
De uitbraak van het coronavirus heeft Nederland nog eens hard met de neus op de feiten gedrukt en allerlei misstanden blootgelegd. Smits: ‘Arbeidsmigranten raken door corona niet alleen hun werk maar vaak ook hun onderkomen kwijt. Daar maak ik me zorgen over. De tijdelijke arbeidscontracten worden soms geantidateerd, waardoor ze van de ene op de andere dag geen werk meer hebben en geen recht hebben op een uitkering.’
Uitbuiting komt in alle sectoren voor, zegt hij. ‘Voor strafrechtelijk onderzoek moet je een sterke indicatie hebben dat strafvervolging ook daadwerkelijk mogelijk is. Maar met de bestuurlijke aanpak, als toezichthouder mag je op heel veel plaatsen in Nederland de wet controleren.’ De Inspectie SZW richt zich daarom de afgelopen jaren steeds meer op die bestuurlijke aanpak van uitbuiting én ernstige benadeling. De afgelopen drie jaar is het projecteam van Smits uitgebreid van vier naar negentien inspecteurs. Met meer controles als gevolg.
Brede controles
De inspecteurs van SZW sluiten vaak aan bij brede gemeentelijke controles, waarbij ze samen met politie en andere toezichthouders op pad gaan. Zo was Smits bij een grote huisvestingcontrole in de gemeente Zaanstad. In een eengezinswoning troffen we negen Bulgaren en een Turk aan. Volgens het BRP stonden er twee mensen ingeschreven.’ Een rechtstreeks gevolg van de RNI-problematiek; arbeidsmigranten kunnen zich bij de 19 RNI-balies in Nederland voor vier maanden inschrijven en hoeven geen adres in Nederland op te geven. Uitschrijven gebeurt zelden. Van de 2,3 miljoen ingeschreven migranten is niet duidelijk waar ze zijn. Smits: ‘De druk om dit te veranderen neemt gelukkig ook vanuit de politiek toe.’
Tijdens zo’n gemeentelijke controle probeert Smits te achterhalen waar de bewoners werken, hoeveel uren ze maken en wat ze betaald krijgen. ‘Soms willen ze dat niet zeggen en dan schrijf ik het minimumuurloon op en laat dat zien. Zit het daaronder? Dan is het misschien toch goed om met me te praten.’ De angst bij arbeidsmigranten is vaak groot. ‘Ik probeer ze altijd uit te leggen dat er ik voor hen ben. We zijn in Nederland, hier gelden de Nederlandse wetten en regels. Er zijn patrons die driehonderd euro per maand voor een oud matras vragen en die werknemers verplichten om bij hen boodschappen te doen. Tandenpasta voor belachelijke prijzen.’
Onderpand
Het gebeurt volgens Smits ook steeds vaker dat arbeidsmigranten hun identiteitsdocumenten moeten inleveren bij de uitzendbureaus voordat ze aan het werk worden gezet. ‘Dat zou nodig zijn voor het opmaken van de arbeidscontracten. In werkelijkheid worden deze ID-documenten achtergehouden zodat ze kunnen dienen als onderpand.’
De kosten van de reis vanuit het thuisland wordt vaak voorgeschoten door de werkgever of bemiddelaar en moeten na aankomst in Nederland eerst terug worden verdiend. ‘Het wordt ook als dwangmiddel ingezet om te voorkomen dat ze – wanneer het vieze of zware werk niet bevalt – meteen weer terug naar huis keren. Dit soort praktijken zijn absoluut niet toegestaan, maar zo worden mensen helemaal afhankelijk gemaakt.’
Deel dit verhaal
Gerelateerde
content